In de hemel is een Meerhoek 2






Moeder Maaike staat er voor het keukenraam. 
Het raam is naast de achterdeur waardoor iedereen binnenkomt. Ze staart door het raam naar het huis van tante Zus. Zus die al een leven lang haar beste vriendin, schoonzus en buurvrouw is. 
Tussen hun huizen ligt een weitje en een smal tegelpadje waar een piepend ijzeren hekje de grens aangeeft.

Ze mompelt:" Hoe zou het toch met Zus zijn, ik kan me niet heugen dat ik haar gezien heb."
Ineens voelt ze dat Rinus bij haar is, hij houdt haar stevig vast en zegt:" Maoi, ik ben toch elke dag weer zo blij dat je er bent."
Maaike is ook blij met Rinus, haar grote liefde. Ze hadden het goed.

Haar blik blijft rusten op het weitje. Daar waar vroeger de geiten speelden. Haar geiten, ze had er naast het nodige werk vooral heel veel plezier van.  En ze had ze vreselijk verwend. Op het moment dat ze de deurklink van de achterdeur vastpakte, begonnen alle geiten te mekkeren in afwachting van wat lekkers. Dat kwam er dan meestal ook wel.
Opeens speelden er geen geiten, maar kinderen in het weitje. Achterkleinkinderen met hun vriendjes kwamen er voetballen. Ook daar werd ze blij van en ook daar bracht ze lekkers.

Nu is het weitje leeg, het ligt er een beetje doelloos bij en net als ze zich afvraagt wat er in de toekomst op het weitje te zien zal zijn, hoort ze het ijzeren hekje piepen.
Ze kijkt op en ziet dat er iemand komt aangelopen over het padje. Ohh, ze kan het haast niet geloven, het is Zus! 

Zus is in het verleden wel duizenden keren over het padje naar de Meerhoek gelopen, maar nooit eerder werd Maaike zo vervuld van blijdschap om haar te zien. 
Hun laatste samenzijn in de Meerhoek was in een leeggeruimde woonkamer, de stemming was bedrukt en gelaten. 



 



Maaike ging weg en Zus bleef achter.
Daarna lag er meer dan alleen een weitje en een smal tegelpadje tussen hun in. 


Zus loopt langzaam, en als ze wat dichterbij komt, ziet Maaike dat de anders zo energieke en sterke Zus het zwaar heeft; ze oogt zorgelijk. 
Het liefst zou Maaike nu naar buiten rennen en haar ophalen, maar dat kan niet. 



In de woonkamer van Meerhoek 2, is het gezellig druk, zoals dat vroeger op de zaterdagmiddag gebruikelijk was. Omringd door een groot deel van de familie zit Oma Drien in haar stoel naast de kachel.  Ze heeft iedereen voorzien van koffie of thee, of iets ertussen in. Ze pakt haar breiwerk op en trekt net zo lang aan de ene sok, tot die net zo lang is als de andere sok. Ze murmelt:" Ik vind het best zo, voeten zijn ook nooit gelijk." Daarmee is voor haar de kous af.

Aan de grote tafel zit Opa Geske, het bovenlichaam lichtjes naar voren, de rug gekromd. Zijn pijp ligt uitgedoofd op tafel. Oude handen rusten op magere bovenbenen, de ellebogen zijn naar buiten gedraaid. De enige manier om nog wat lucht in zijn versleten longen te krijgen. 

Hij vertelt tegen één van de koffiedrinkers:"Ik heb het toch maar getroffen mee ons Drien. Voordat onze Rinus hier de boerderij overnam, was het Drien die het zware werk deed. Ik kon het niet meer. Wat zouden de mensen er wel niet van gedacht hebben toen ze Drien de volle melkkar zagen trekken nadat de koeien gemolken waren?  
En zou er geroddeld zijn toen niet ik, maar Drien ging vragen of wij het huis in de Meerhoek zouden kunnen kopen? 
We hadden geen geld, ik dacht dat het nooit zou lukken, maar Drien trok haar klompen aan en ging het gewoon vragen, Het is goed dat het zo gelopen is."

In de keuken gaat de klink van de achterdeur naar beneden. De deur gaat langzaam open. 
Zus staat in het klompenhokje, buiten adem en doodop, even wachtend tot ze de stap kan zetten.
Op het moment dat Zus over de drempel stapt, lijkt het alsof er  een enorme last van haar schouders valt.
En met een zucht van verlichting zegt ze:" Hè, hè, daar ben ik dan."

"Ach Zus, ge wil niet weten hoe blij dat ik ben om je te zien. Ik heb je zo gemist." 

" Nou Maaike ik heb jou ook gemist, ik ben zo blij dat we weer bij elkaar zijn." Zus gaat op haar vertrouwde plekje aan de keukentafel zitten. "Ik hoop dat ik niet te vroeg voor de koffie ben."

"Natuurlijk niet, je bent hier nooit te vroeg. Ik ga gelijk een bakske maken en neem er vandaag maar eens een lekker koekje bij."




Reacties