De noodleshop , hoe het afliep.


Tevreden staan we op.
We beginnen de dag met een bezoek aan de noodleshop van Korn. Het bescheiden noodleshopje ligt verstopt achter een rolluik aan de doorgaande weg, in het centrum van Tong Sala. Ze staat al op ons te wachten en maakt met haar sleutel het rolluik open en laat ons vol trots “haar” shop zien.
De noodleshop bestaat dus wel degelijk en ziet er ook nog goed uit. Met het geld dat ze van ons leent, kan ze de ingrediƫnten kopen zodat ze de volgende dag om 06.00 uur de zaak kan openen.
De Kuuk had natuurlijk al gepind en overhandigt haar de bathjes.
We wensen haar veel succes en beloven morgen te komen eten. Dat hoeft niet voor niets, we willen graag betalen.

’s Avonds wordt hij er door mij nog eens fijntjes aan herinnerd, dat ik blij ben met de gang van zaken. Ik hoef me nergens zorgen om te maken, voor mij is het altijd goed.
Ja, voor jou wel, zegt de Kuuk en het lijkt erop, dat hij zich dan pas realiseert, dat zijn geliefde sjekkies verleden tijd zijn, als Korn haar afspraak niet nakomt.
De volgende dag is de Kuuk al vroeg van het resort verdwenen.
Natuurlijk, hij is gaan kijken of “zijn “ zaak geopend is.

Niet dus…
Een telefoontje maakt duidelijk waarom de zaak niet open is.
Haar personeel is ziek is en daarom is de opening uitgesteld.
De dagen verstrijken en de Kuuk rijdt minstens 3x per dag langs de noodleshop.
Zijn ongerustheid neemt toe, en ik doe uiteraard geen enkele moeite hem gerust te stellen.
Ik vertel hem dat hij in ieder geval nog een dag of 8 volop kan roken…..
We bellen om te vragen hoe de zaken ervoor staan. Eerst was het volgens Boeddha geen goede dag om open te gaan, daarna was moeder ziek en nu neemt ze na 4 dagen de telefoon niet meer op.

De frequentie, van het langsrijden wordt opgevoerd tot 6x per dag. De Kuuk wordt steeds nerveuzer.
Ik heb met hem te doen, en als we een tempel bezoeken, offer ik wat bathjes en hoop dat  Boeddha tegen Korn zegt, dat ze die tent open moet gooien.
En ja hoor het helpt…
Na 6 dagen is de noodleshop geopend.
We eten er heerlijk en wensen Korn veel succes.
Ze krijgt van ons uitstel van betaling. Als ze ons een dag voordat we vertrekken het geld terugbrengt, is alles in orde.
Wij genieten zo nog een dag of 14 van een onbezorgde vakantie.

Een dag voor vertrek spreken we af dat Korn het geld komt brengen, maar ze komt niet, en neemt de telefoon niet op.
De volgende morgen moeten we al vroeg met de boot het eiland af. We rijden langs de noodleshop en als de Kuuk ziet dat de tent open is,  roept hij STOP! En springt soepel, waarschijnlijk  door de adrenaline, uit de auto.
Hij verdwijnt in de noodleshop en komt niet meer terug.
De tijd dringt, de boot wacht niet en het vliegtuig ook niet, we moeten nu echt naar de pier.
Dan zie ik de Kuuk naar buiten komen en  achter op de scooter springen bij Korn, ik begrijp dat hij gaat pinnen en dat we elkaar op de pier weer zullen treffen.
Ik word bij de pier gelost en ben opgelucht als ik de Kuuk achterop de scooter zie aankomen.
Ze waren naar de pinautomaat geweest, maar dat had niet zoveel nut, want er was natuurlijk niets te pinnen.
We spreken af, tegen beter weten in , dat we in de winter het geld terug krijgen, wensen haar goede zaken en stappen op de boot.
Als we over de reling hangen en met tranen in de ogen afscheid nemen van Koh Phangan, rookt de Kuuk een sjekkie; en de rook waait in mijn  gezicht……


Reacties